Mijn eerste Airborne wandeltocht is een feit. Maar wat was het zwaar Een tocht tussen neus en lippen was het zeker niet, onder deze zware omstandigheden. Ik heb dit duidelijk onderschat, om zo maar even 25 km te wandelen. Als het prachtig weer zou zijn geweest, zou het een heel ander verhaal zijn, maar nu Pffffff.
Zware regenbuien en bospaden vol met blubber, daar wordt je niet vrolijk van. De eerste regenbui kregen wij al net voor de start. En na een uurtje gewandeld te hebben ging het hozen, gauw de poncho er over, maar die bleek zo lek als een zeef. De getapete naden bleken los te laten, dus ging het er dwars door heen. Nat tot op het bot heet dat, weet ik nu. Daarna kwam er een flauw zonnetje en samen met de warmte van mijn lichaam droogde ik toch snel weer op. Tot dat de volgende bui zich aan diende. Van de NS had ik ook een poncho gekregen die ik vlug aan trok met daarover mijn eigen lekke poncho, waar weer een hele fijne capuchon op zat. Nu werd het alleen nog vanaf mijn schoenen tot aan mijn knieën nat. Het was afzien om zo over bospaadjes te wandelen, nat en dikke blubber.
Je bent dan vooral alleen met jezelf bezig, en hebt totaal geen aandacht voor de Herdenkingsplekken die in en rond Oosterbeek liggen. En dat is jammer, want de Airborne wandeltocht is een herdenkingstocht, en belangrijk voor de mensen van Oosterbeek en de omliggende dorpen. Belangrijk om er elk jaar even bij stil te staan dat in september 1944 hier zwaar gevochten is, met de slag om Arnhem, en dat veel jonge mannen hier gesneuveld zijn.
Volgend jaar zijn wij er weer bij, mits het droog en prachtig weer is. Dan willen wij zeker het oorlogslachtoffers kerkhof en het Airborne museum bezoeken.